…

Wegwijs - Zorg opnemen en delegeren

Een kind met een handicap brengt misschien extra zorg met zich mee. Om die zorg met je gezinsleven en je werk te kunnen combineren, kun je best wel wat ondersteuning gebruiken. Niet alleen een extra paar handen, maar ook mensen die met je meedenken. Is je ondersteunende netwerk wat mager?  Dan kan je kijken of je in aanmerking komt voor bijkomende kinderbijslag, tegemoetkomingen of sociale voordelen, waarmee je de zorg kunt delen of voor een stuk kunt delegeren.

Lees meer over de vormen van ondersteuning en de tegemoetkomingen ervoor verder op deze site. Of contacteer je lokale KVG-dienstverlener.

Zo deel en delegeer je zorg

Hieronder vind je de tips die  wij en andere ervaringsdeskundige ouders jou  graag meegeven. Of je nu kersverse ouder van een kind met een handicap bent, of je kind nu net een diagnose kreeg: neem van dit advies wat je kunt en wilt gebruiken.

  • Bel je mutualiteit voor je met een therapie start – Informeer altijd of een therapie of behandeling in aanmerking komt voor terugbetaling van de mutualiteit – voor je eraan begint. Contacteer je mutualiteit om te kijken of je recht hebt of verhoogde gezondheidstegemoetkoming.
  • Ontdek wat je kind met handicap nodig heeft. Een kind met meervoudige handicap bijvoorbeeld, of met autismespectrumstoornis is snel overprikkeld, en kan daar stress door krijgen. Verminder de prikkels in de huiselijke omgeving: radio uit en televisie zachter kan bijvoorbeeld al helpen

# SUPERTIP:  Voor alles ben je een ouder. Jullie zijn ouders van je kind met handicap. Niet zijn of haar therapeut. Het is jullei voornaamste ‘taak’ om je kinderen graag te zien én op te voeden. Weet dat wat jij in de gewone dagelijkse omgang aan je kind leert en aanbiedt al erg waardevol is. Is het aangewezen dat je thuis therapeutische oefeningen doet met je kind? Neem ze dan – waar mogelijk – in je dagelijkse activiteiten en routines, of  je natuurlijke communicatie met je kind op. Of vat behandeling op als spel, en betrek – als dat kan – je andere kinderen erbij: zij zijn zeker vragende partij om met hun broer of zus te spelen.  Laat de behandelingen verder over aan fysiotherapeut, logopedist, speltherapeut en ergotherapeut. Zo stimuleer je je kind het best, en voelt het voor jou en je gezin het natuurlijkst en plezierigst aan.

  • Doe alleen wat mogelijk is. Zou de therapie thuis oefenen aangewezen zijn, maar lukt dit niet? Bespreek het open met je therapeut.Voel je vooral niet schuldig, maar kies wat je belangrijk en haalbaar vindt om met je kind thuis te doen.
  • Vind een arts die je kind aanvoelt -Moet je kind naar tandarts of neus-keel-en oorarts? Dan kan het fijn zijn om naar iemand te gaan, die met kinderen met een handicap weet om te gaan, of inzicht heeft in de gevoeligheden die de handicap met zich meer brengt. Andere ouders kunnen je daar in adviseren.
  • Stel ook voor jezelf grenzen, en delegeer. Als ouder wil je liefst alles zelf doen. Toch is het nodig om hierin jezelf tijdig te begrenzen, en zorg uit te besteden – als dat kan. Zelfzorg en evenwicht vinden zijn vooral die eerste tijd wat moeilijk, maar wel noodzakelijk.
    Een goede balans vinden kan soms moeilijk zijn. Vooral in de eerste jaren komt er veel en vele nieuwe dingend op je af. Neem af en toe afstand, en bepaal je eigen grenzen.
  • Vraag andere ouders om zorgtips – De dagelijkse zorg of fysieke of medische handelingen zijn vaak een tijdrovende uitdaging.  Vraag aan andere ouders hoe zij de dagelijkse routines en zorg organiseren.
  • Gewoon goed is goed genoeg!!! De zorg voor je kind met een handicap én de organisatie van die zorg én administratie vergt zeker wat tijd en energie.
    Belangrijk om in gedachten te houden is dat niet alles altijd perfect moet zijn. Gewoon goed is ook perfect.
  • Durf te vragen. Dé psychologische struikelblok voor veel ouders is: hulp vragen. Het is niet gemakkelijk om je kind los te laten, of om je omgeving te durven vragen om voor je zoon of dochter te zorgen. Misschien voel jij je schuldig of denk je: we kunnen het wel alleen. Toch is het heel belangrijk om expliciet steun te vragen aan familie, vrienden en/of buren. Niet iedereen biedt ze uit zichzelf aan of weet wat je nodig hebt. Vind je het te moeilijk om de zorg voor je kind aan je familie of vrienden uit te besteden? Geven zij aan dat ze dit liever niet doen? Vraag hen dan om praktische ondersteuning: boodschappen doen, hulp bij de administratie, je andere kinderen opvangen.
  • Concreet en duidelijk vragen wat je nodig hebt. Mensen zijn de zorg voor je kind misschien niet gewend, en weten ook niet wat er van ze verwacht wordt. Leg dus uit wat er aan de hand is en vraag zo concreet mogelijk waar je hulp bij kunt gebruiken, en hoe ze de zorg van je kind het beste oppakken.
  • Neen heb je, ja kun je krijgen. Als je in je omgeving om hulp vraagt, stoot je hier en daar een openlijke of een verdekte neen. Dat kan heel hard aankomen. Het kan zijn dat er mensen uit je netwerk wegvallen. En tegelijkertijd komt er altijd wel hulp uit onverwachte hoek.

Meer informatie over ondersteuning aanvragen